U bent hier:   Welzijnsvelden > Gezondheidsbescherming > Moederschapsbescherming
Inloggen
  Zoeken

Moederschapsbescherming

Minimaliseren

Situering

Minimaliseren

De risicoanalyse is opgesteld per onderwijstype en heeft betrekking op al het personeel, niet enkel de leerkrachten.

Bij aanwerving dient de immuniteitsstatus bepaald te worden (brief 1 in bijlage mee te geven met nieuw aangeworven personeelslid).  Concreet gaat het om een bloedname en labotest voor een aantal kinderziekten die tijdens de zwangerschap een nadelig effect kunnen hebben op de foetus, en waarvoor een vaccinatie voorhanden is: rubella (rode hond), mazelen, bof (dikoor) en varicella (water- of windpokken).  Indien hieruit blijkt dat men onvoldoende beschermd is, dan kan de vaccinatie alsnog gebeuren via de huisarts.

Bij zwangerschap dient de zwangere de resultaten van de labotest die al via huisarts of gynaecoloog is gebeurd, mee te brengen bij het medisch onderzoek in het kader van haar zwangerschap (brief 2 in bijlage mee te geven met zwanger personeelslid). De zwangere dient zelf zo snel mogelijk aan de directie door te geven dat zij zwanger is; eens de directie op de hoogte is, heeft de directie de plicht om de zwangere preventief uit alle risico's te verwijderen tot de zwangere  bij de arbeidsgeneesheer op consultatie is geweest, en deze een specifiek advies kan geven naar blootstelling aan de verschillende risico's.  Naast de risico's in de werksituatie wordt ook het verloop van de zwangerschap mee in rekening gebracht, wat tot een verdere nuancering van het advies kan leiden. Het schoolbestuur vult de nodige documenten in (MB12 en/of BZ MB2) en geeft deze met het personeelslid mee.

De preventieadviseur-arbeidsgeneesheer vult de van toepassing zijnde formulieren in met bindende aanbevelingen naar risico's toe (infectierisico's, tillen, agressie, chemische producten - zie verder).  De directie van de school implementeert dit volgens de mogelijkheden van de school (die moeten blijken uit een interne risicoanalyse), waardoor de zwangere niet steeds noodzakelijk uit de school dient verwijderd te worden.  Voorkeur gaat immers in eerste instantie naar een aanpassing van de werkomstandigheden (bv. overplaatsing naar een hogere kleuterklas) of taken (bv. administratieve opdracht in plaats van lesopdracht) waardoor het risico ook kan vermeden worden.  Indien dit niet mogelijk is, wordt de zwangere uit de school verwijderd.  Hiertoe worden dan tijdens de consultatie de nodige documenten ingevuld (MB1 of BZ/MB2; voor interims het document voor de mutualiteit) en meegegeven met de zwangere.  De directie dient deze documenten verder aan te vullen (MB1 of BZ/MB1; aanvullend document mutualiteit bij interims) en door te geven naar de betrokken instanties (respectievelijk basisstation Onderwijs en personeelslid zelf, die dit bij de mutualiteit dient af te geven).

Na de bevalling dient er parallel hiermee terug een afspraak bij de arbeidsgeneesheer gemaakt te worden om een advies te geven naar borstvoedingsverlof toe. 

Indien een zwangere verwijderd wordt, dan wordt het moederschapsverlof automatisch verdeeld volgens de sleutel 6 weken vóór tot 9 weken na bevallingsdatum.  Indien de zwangere niet verwijderd wordt, kan zij haar moederschapsverlof zelf verdelen.  Ze dient wel minimaal één week van dit verlof vóór de verwachte bevallingsdatum op te nemen (waardoor er dan maximaal 14 weken na de bevalling overblijven).

Bij verwijdering van de zwangere vanaf het begin van de zwangerschap in verband met infectierisico's is dit gekoppeld aan een verlenging van het borstvoedingsverlof met zes weken (dus tot 15 weken na bevallingsdatum; hierna heeft een gezonde baby zelf voldoende immuniteit tegen CMV en is infectie niet langer risicovol ). De enige uitzondering hierop is verwijdering omwille van hepatitis B, waar overdracht langer risicovol is, en borstvoedingsverlof verlengd wordt tot 5 maanden na bevallingsdatum; dit is echter hoogst uitzonderlijk.

Bij verwijdering van de zwangere in verband met risico heffen en tillen van lasten is dit gekoppeld aan een verlenging van het borstvoedingsverlof met één week (dus tot 10 weken na bevallingsdatum).

Wat zegt de wet?

Minimaliseren

Verbod van discriminatie

Zowel bij de aanwerving als tijdens de arbeidsovereenkomst moet de werkgever mannen en vrouwen gelijk behandelen. Het moederschap mag dus geen aanleiding geven tot enige vorm van discriminatie. De werkgever mag tijdens de sollicitatiegesprekken in principe geen vragen stellen over een eventuele zwangerschap, tenzij die vragen relevant zouden zijn wegens de aard of de uitoefeningsvoorwaarden van de functie.

Verwittiging van de werkgever

Vanaf het ogenblik dat de werkneemster zwanger is, heeft ze er alle belang bij haar werkgever hiervan op de hoogte te brengen. Vanaf dat ogenblik zijn er immers een aantal wettelijke beschermingsmaatregelen die in werking treden. Deze hebben betrekking op de arbeidsvoorwaarden en op de gezondheid van de werkneemster en haar ongeboren kind. Zo heeft de zwangere werkneemster het recht om van het werk afwezig te zijn voor een zwangerschapsonderzoek wanneer dit niet kan plaatsvinden buiten de arbeidsuren.

Het is aan te raden om de werkgever te informeren door een geneeskundig getuigschrift aangetekend te versturen of het geneeskundig getuigschrift te overhandigen en hiervan een bewijs van ontvangst te vragen.

Ontslagbescherming

Vanaf het ogenblik dat de werkgever op de hoogte is van de zwangerschap, begint een speciale bescherming tegen ontslag te lopen. De werkgever mag vanaf dat ogenblik geen handeling meer stellen om aan de dienstbetrekking van de zwangere werkneemster een einde te maken omwille van het feit dat ze zwanger is. Deze ontslagbescherming loopt tot een maand na het postnataal verlof (met inbegrip van de verlengingen).

Veiligheid en gezondheid

De werkgever is verplicht in samenwerking met de arbeidsgeneesheer een risico-evaluatie uit te voeren voor al zijn personeelsleden. De specifieke risico's moeten beoordeeld worden aan de hand van een lijst van agentia, procédés en arbeidsomstandigheden, opgenomen in bijlage I bij het koninklijk besluit van 2 mei 1995. Op grond van de resultaten van die analyse worden de te nemen preventiemaatregelen bepaald. Indien er een blootstelling aan één van de in bijlage II van het KB opgesomde agentia blijkt, moet de werkgever onmiddellijk een preventiemaatregel toepassen.

De werkgever moet de arbeidsgeneesheer op de hoogte brengen van de zwangerschap van een werkneemster. Haar werkpost wordt beschouwd als risicopost indien de evaluatie een gezondheidsrisico uitgewezen heeft of wanneer zij nachtarbeid verricht. Zij staat dan onder medisch toezicht van de arbeidsgeneesheer en ontvangt het formulier "Verzoek om gezondheidstoezicht over de werknemers (DOC, 46 KB)". Na het geneeskundig onderzoek vult de arbeidsgeneesheer het formulier voor de gezondheidsbeoordeling (DOC, 33 KB) in en deelt zijn beslissing mee aan de werkgever en de werkneemster.

Wanneer de evaluatie een blootstelling uitwijst aan agentia of arbeidsomstandigheden die een risico betekenen, moet de werkgever één van de volgende maatregelen nemen, op voorstel van de arbeidsgeneesheer en aangepast aan het specifieke geval van de werkneemster: een tijdelijke aanpassing van de arbeidsomstandigheden of risicogebonden werktijden; een verandering van werkpost die verzoenbaar is met de gezondheidstoestand van de werkneemster; wanneer dit onmogelijk blijkt, wordt de uitvoering van de arbeidsovereenkomst geschorst. In dat geval geniet de werkneemster de uitkering voorzien in het kader van de ziekte- en invaliditeitsverzekering. Geen enkel loon is verschuldigd door de werkgever voor deze periode. Deze maatregelen zijn ook van toepassing in een periode van borstvoeding.

Moederschapsverlof

Over het moederschapsverlof en de moederschapsuitkering kan u meer lezen in de fiche "Moederschapsverlof".

Regelgevende teksten

  • Arbeidswet van 16 maart 1971 (Belgisch Staatsblad van 30 maart 1971), meermaals gewijzigd
  • Koninklijk besluit van 2 mei 1995 inzake moederschapsbescherming (PDF, 96 KB) ( Belgisch Staatsblad van 18 mei 1995).

Documentatie

Brochure Wegwijs in ... werk en ouderschap 

Advies van de Hoge Raad voor preventie en bescherming op het werk

  • Advies nr. 135 van 19 december 2008 met betrekking tot een ontwerp van koninklijk besluit inzake moederschapbescherming (PDF, 27 KB) 

Bijkomende inlichtingen

  • In de eerste plaats bij de preventieadviseur van de interne en/of de externe dienst voor preventie en bescherming.
  • In de tweede plaats bij de regionale directie van het Toezicht op het Welzijn op het Werk die bevoegd is voor de werkgever.
  • Over interpretatie van de regelgeving: schriftelijk bij de Algemene Directie Humanisering van de Arbeid.

Documenten

Minimaliseren
 TitelEigenaarCategorieGewijzigd OpGrootte 
lijst schadelijke stoffen - chemische agentia  22/02/2012529,41 KBDownloaden
Formulier MB1  22/02/2012160,65 KBDownloaden
Risicoanalyse gewoon en buitengewoon onderwijs  22/02/2012207,19 KBDownloaden
Procedure  22/02/2012191,63 KBDownloaden
Brief zwanger personeelslid  22/02/2012519,94 KBDownloaden
Brief nieuw personeelslid  22/02/2012519,66 KBDownloaden
Formulier BZ-MB2  22/02/201237,27 KBDownloaden
Flowchart  22/02/2012363,43 KBDownloaden

Links

Minimaliseren
KB van 2.05.1995 inzake moederschapsbescherming (PDF, 96KB)

  • Wet van 3 juli 1967 - art 3bis (website edulex)
  • Omzendbrief PERS/2002/21(13AC) : Bedreiging door een beroepsziekte tijdens de zwangerschap en moederschapsbescherming. - punt 2, 4 en 5 (website edulex)
  • Omzendbrief pers/2007/07 : Het ziekteverlof, het verlof voor verminderde prestaties wegens ziekte en de terbeschikkingstelling wegens ziekte voor bepaalde personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding - punt 2.1.5.(website edulex)
    weerslag van deze periode van afwezigheid op de berekening van het aantal genoten bezoldigde ziektedagen
  • Bijlagen bij omzendbrief PERS/2002/21 (13AC) (website edulex)
    • Lijst van de beroepsziekten die aanleiding geven tot schadeloosstelling. (website Fonds voor Beroepsziekten)
    •  Nieuwe regelgeving verwijdering zwangere vrouwen vanaf 1 januari 2010 (website Fonds voor beroepsziekten)
    • Zie contactgegevens in punt 6 van omzendbrief pers/2002/21/(13ac)
    • Informatie over de aangifte en de betaling: uw werkstation
    • Contactgegevens Medex: zie e-fiche "Medex"
    • Contactgegevens Fonds voor de beroepsziekten
  • Infofiches besmettelijke ziekten:
      • Bof of dikoor
      • CMV
      • Difterie
      • EBV
      • Kinkhoest
      • Mazelen
      • Rubella
      • Schurft
      • Varicella

Designed by Egenics